Ach ja gevechtswolken

Ach ja gevechtswolken... (link). Zucht. Ook uitgevonden (voor zover we weten) in het Platina tijdperk. Deze stammen uit 1905 en 1907.

 

Waarom vallen er niet meer zulke kranten in onze brievenbus?

Gewoon een willekeurige krant uit 1898, wel een Amerikaanse en wel een zondagskrant, maar wat een uitbundigheid en wat een creativiteit. Geen wonder dat er toen een nieuw medium is uitgevonden... Het stripverhaal. 1898 is de oertijd van het platina tijperk, oftewel het palaeoplatinium. 

Geniet ervan!

Skeezicks before Skeezix

Tien jaar voor Skeezix (14 februari 1921) was er al een Skeezicks, getuige deze ouwe krant die iemand gelukkig bewaard heeft. Nu is dat niet zo vreemd, omdat skeezix net zo iets is als een Robbedoes, een woord dat ook niemand meer kent. Ja we zijn echte onderzoekers en de immense onontgonnen vallei van het Platinatijdperk ligt aan onze voeten. 

Skeezicks dus in een krant van 31 december 1911.

 

Alle tijd van de wereld

Alle tijd van de wereld om je favoriete krantenstripfiguurtjes die je elke dag volgt in hout uit te snijden en te schilderen. Alle tijd dat hadden ze toen nog in het Platina tijdperk... zucht.

Frederick Burr Opper, uitvinder van de drie neefjes (kwik, kwek en kwak)

We kunnen er inmiddels wel van uitgaan dat alle schijnbaar originele ideeën van populaire strips hun oorsprong kennen in het platinatijdperk. Zelfs de grote Frank King heeft zijn idee van een vondeling op Valentijsdag (dat is vandaag) heeft gejat van Chic Jackson die dat al zeven jaar eerder had verzonnen (of ook weer van iemand had overgenomen). kijk maar. Nu is plagiaat in het Platinatijdperk helemaal geen probleem iedereen jatte van iedereen. Complete strips die nagenoeg identiek waren werden tegelijk en onder andere namen (die ook nog erg op elkaar leken, men behoefde niets te verhullen) gepubliceerd in de kranten. Dus waar Disney met Donald Duck en zijn neefjes de mosterd vandaan haalde is dan ook geen verrassing. Hier de keiharde bewijzen uit 1902-1906, zelfs met de neefjes die gezamelijk een zinnetje uitspreken. 

3x fout- Der captain does business mit a chief! (1906)

Tja we kunnen het begintijdperk van het beeldverhaal niet beschuldigen van enige politieke correctheid. Dat maakt het voor diegenen die het vanuit enig historisch perspectief bekijkt (we keuren het - o wat zijn we toch weer politiek correct- niet goed, maar vinden het interessant) wel zo boeiend. Een andere tijd, stereotypen waren er overal, immers het nieuwe grootste immigrantenland van de wereld was er vol van. Iedereen duwde de ander in een voor hen te bevatten hokje. Zo begreep de mens uit deze oertijd van het beeldverhaal de wereld om zich heen. Dit voorbeeld toont wel heel veel, nu problematische zaken. Natuurlijk de "chief" een zwart opperhoofd, maar waarom zo wellustig naar de witte jongetjes? Is ie ook nog pedofiel of wil hij ze gewoon opeten, maar misschien is dat hetzelfde. En dan al dat ivoor, ach ja 1906, toen waren er nog olifanten genoeg. Vreemd genoeg stemt dat ons vooral treurig. Waren we maar met het bewustzijn van nu op de nog niet zo verziekte planeet van toen. 

Nou ja, geniet maar, o, nee dat mag niet, we bedoelen bekijk dit boeiende tijdsdocument waar het volk van toen hartelijk om moest lachen ook om hun grappige Duitse accent.

 

Exotic indigenous American art

Willen we hebben. Schitterende kunst. Zou zo in het het volkenkundig museum kunnen hangen.

 

D' andere blog

Beste lezer,

Een goed 1917 toegewenst! Zoals de trouwe lezers al zullen hebben gemerkt. Is het Gumpsjaar 1927 geruisloos opgevolgd door een 1916 Bringing up father jaar (link). We zochten nog naar een stapel knipsels van de Gumps uit 1928 maar konden deze even niet vinden in ons onmetelijke magazijn. Maar Bringing up father 1916 lijkt ons ook voldoende om de vier volgers aan de blog gekluisterd te houden. Eens zal de mensheid de ogen openen en net als wij inzien wat een onmetelijke rijkdom het Platinatijdperk ons nog te bieden heeft. Onverkende kusten, onbewoonde eilanden. Die zijn daar nog gewoon. In tegenstelling tot de platgetreden paden van de immer voortdurende en zich telkens herhalende veilingkavels die we voortdurend weer op de internetveilingen tegenkomen. Op een gegeven moment is deze gril om duizenden euro's uit te geven aan een (niet zo) oud stripboek uit de Kuifje of Robbedoes-stal ook voorbij om van die platte Vlaamse fratsen maar te zwijgen. Dan zal men de plaatjesboeken op hun intrinsieke kwaliteit beoordelen en niet om hun sentimentele waarde (waarmee oude kapitaalkrachtige mannen hun jeugd proberen terug te vinden). Maar misschien zijn wij wat naief.